Op 30 september 2015 zijn de eerste militaire handelingen van Rusland in het Midden-Oosten begonnen. De Russische luchtmacht voerde bombardementen uit op doelwitten in de stad Homs en elders.
Wat en wie er precies geraakt is, zal later met meer zekerheid vastgesteld kunnen worden, maar de Westerse media melden nu reeds in hun berichtgeving dat niet Islamitische Staat, maar reguliere rebelleneenheden getroffen werden, suggererende dat de Russische regering er niet op uit was om IS uit te schakelen, maar om Assad in het zadel te houden.
Dat is niet het geval. Rusland handelt niet uit loyaliteit jegens het regime van Assad. Het wil via steun aan het Syrische regime zijn eigen geopolitieke doelstellingen in het gebied verwezenlijken. Als die op een andere wijze dan via invloed in Syrië gerealiseerd kunnen worden, bijvoorbeeld via de vestiging van bases voor de Russische vloot op Noord-Cyprus en in Lybië, dan zal de Russische regering dat zeker overwegen.
De Amerikaanse president Barack Obama maakt een ernstige fout door de uitgestoken hand van Poetin niet aan te nemen. De reden daarvan zou liggen in een verschil van visie op de oorzaak van het probleem. Poetin wil Assad steunen om IS te verslaan, maar Obama ziet Assad als de oorzaak van het probleem en meent dat hij verwijderd moet worden.
Voor beide standpunten is iets te zeggen, maar het gemeenschappelijke belang is nu het verslaan van IS. Als de Amerikaanse regering daar ook maar enige prioriteit aan zou geven, zou zij direct een militaire samenwerking met Rusland aangaan en de kwestie van de positie van Assad ná de oorlog tegen IS discreet voor zich uitschuiven.
Syrië is de facto reeds uiteengevallen. De grenzen bestaan alleen nog maar op papier en het centrale gezag functioneert alleen nog maar in het westelijke deel van het land. Herstel van het regime van Assad is nauwelijks voorstelbaar. Rusland gaat echt niet al zijn kaarten zetten op herstel van een ten dode opgeschreven regime.
De Russische president Vladimir Poetin heeft gisteren dan ook verklaard dat Assad “compromissen” zal moeten tonen. Wat hij daarmee bedoelt zal duidelijk worden, naarmate de Amerikaans-Russische diplomatie een constructief karakter aanneent.
Het is namelijk zonneklaar dat Poetin op dit moment niet kan zeggen dat Assad moet vertrekken. Hij heeft Assad en zijn leger nodig om IS te verslaan. Maar hij laat wel doorschemeren dat Assad wat hem betreft na afloop slechts een deel van het grondgebied terugkrijgt, dan wel in het nieuwe Syrië de macht zal moeten delen met de oppositie. Anders gebruikt je het woord “compromis” niet.
Het zou dus voor de hand liggen als Obama de uitgestoken hand van Poetin aanneemt en beide leiders vragen over de kwestie van de toekomst van Assad beleefd wegwuiven.
Want wat voor keuze heeft Assad immers? Kan hij gaan zitten mokken en bij Poetin drammen dat hij garanties wil en anders de Russen eruit gooit? Natuurlijk niet, Assad heeft in wezen geen enkele andere keuze dan het in feite onvoorwaardelijk accepteren van Russische steun.
Maar een kat in het nauw maakt rare sprongen, dus het is buitengewoon onverstandig om hem dat nu alvast te laten merken.